Het Pharmaceutisch Weekbad van deze datum opent met een uitvoerig artikel over Eau de Cologne als reukwater en geneesmiddel. Behalve welriekende eigenschappen werden toen aan parfums ook antiseptische (desinfecterende) eigenschappen toegedicht. Tot een van de oudst bekende reukwaters behoort het Eau de Cologne dat waarschijnlijk uit de 17e eeuw dateert en door een Italiaanse familie in Keulen werd ingevoerd. Daarna, in de 18e en 19e eeuw, vond dit Eau de Cologne zijn weg naar diverse farmacopees onder de benamingen Aqua coloniensis, Alcohol aromatisaticum coloniense, Alcohol aromatosatum citru compositum, Aqua aromatica olei citri essentialis of Aqua spirituosa citri composita.
Een bijzonder bericht betreft de “Genezing van ziekten met vergiftige gassen”. Daarin lezen we over een Amerikaans experiment waarin 300 studenten die gedurende een influenza-epidemie iedere dag een (niet gespecificeerde) gematigde chloorkuur ondergingen. Door deze behandeling verminderde het aantal ziektegevallen met 90%.
In een ander bericht inzake de terughoudende, of weigerachtige, export van het in 1922 ontwikkelde insuline door verschillende landen met een kleine veestapel, lezen we ook verrassende cijfers over de toenmalige veestapel in Nederland. Op een bevolking van 7 miljoen inwoners: 2 miljoen koeien, 670.000 schapen en 1,5 miljoen varkens. Anno nu met bijna 18 miljoen inwoners zijn dat er 3,7 miljoen koeien, 720.000 schapen en 10,7 miljoen varkens. Het aantal koeien en schapen is dus verhoudingsgewijs gedaald terwijl het aantal varkens verdrievoudigd is.
