De sterk groeiende beschikbaarheid van “verpakte geneesmiddelen”, en de vrije verkoop daarvan buiten de apotheek, komt met enige regelmaat in het PW van deze jaren terug. Zo ook in dit nummer, waarin gewag wordt gemaakt van kamervragen aan de minister inzake deze vrije verkoop van met name het slaapmiddel Veronal. In de beantwoording lezen we dan dat “een ontwerp eener wettelijke regeling van den vrijen verkoop van vergiften gereed is alsmede van den verkoop van andere geneesmiddelen”. Ook in de landelijke pers is aandacht voor dit thema waarbij, geheel in overeenstemming met de tijdgeest 5 jaar na Lenin’s revolutie, socialistische en liberale argumenten elkaar afwisselden.
Een groot deel van deze aflevering wordt in beslag genomen door een artikel van Prof. van der Wielen over “de ontwikkeling der bereiding van geneesmiddelen gedurende de laatste honderd jaar”. Waarin aandacht voor markante doorbraken ( we zouden die nu game-changers noemen) zoals het extraheren van planten (1719), het aantonen daarin van alkalische plantenstoffen die alkaloiden werden genoemd (morfine was het eerst geïsoleerd) in 1817, en de synthese van ureum in 1818 die de organische chemie een sprong voorwaarts deed maken. Weer later zou de extractie van dierlijke organen tot de beschikbaarheid van adrenaline (1901) leiden. Insuline echter wordt nog niet genoemd, hoewel dat in 1921 in Canada uit de alvleesklier werd geisoleerd en in 1922 voor het eerst aan de mens werd toegediend. Tal van personen, die bij deze ontwikkelingen een rol speelden, passeren de revue met inbegrip van de homeopaat Samuel Hahnemann. Ook vroege Nederlandse farma-bedrijven worden genoemd zoals Laboratorium d’Ailly (1827), de Maarsensche Chininefabriek, Brocades (Meppel), Stehman en Utermöhlen (1907).
Een bijzonder eervolle vermelding wordt in dit artikel gegund aan de Zweedse apotheker Carl Wilhelm Scheele (1742 – 1786) die met tal van ontdekkingen de geneesmiddelbereiding voorwaarts heeft geholpen. Hij was een tijdgenoot van Lavoisier en beide toonden, onafhankelijk van elkaar, het bestaan van zuurstof aan, waarmee de “flogiston-theorie” werd gefalsificeerd. In Nederland werd hij geëerd met de oprichting, in 1887, van de Utrechtse Pharmaceutische Studenten Vereniging “Dr. C.W. Scheele” door farmaciestudenten van het Utrechtsch Studenten Corps. Later, in 1894, werd de algemeen toegankelijke studentenvereniging Unitas Pharmaceuticorum opgericht en vervolgde “Dr. C. W. Scheele” zijn bestaan als corpsdispuut, tot op de dag van vandaag.